Toolkit PSH na aanslagen
Informatie en tools voor het verlenen van psychosociale hulp bij aanslagen
In landen om ons heen hebben diverse aanslagen plaatsgevonden. Deze ervaringen laten zien dat een goede organisatie van de nafase (ondersteuning en zorg) van groot belang is voor het (psychisch) welbevinden en de gezondheid van getroffenen. Moet er anders op gereageerd worden dan bij ‘gewone’ rampen en crises? ARQ zocht het voor u uit en ontwikkelde de toolkit psychosociale hulp na (terroristische) aanslagen.
De basis voor de toolkit zijn de lessen en ervaringen van landen om ons heen die met aanslagen te maken hebben gehad, aangevuld met kennis uit literatuur en met producten die in het buitenland zijn gebruikt. De diverse gesprekken schetsten een beeld van het onvoorstelbare. De chaos en het lijden na een aanslag, en de impact die dat ook op de hulpverleners had, werden concreet en tastbaar. “Echt voorbereid was niemand en kun je ook eigenlijk niet zijn”, werd gesteld. Maar het is wel goed om van te voren al over een aantal uitdagingen met elkaar gesproken te hebben en er is tijd te winnen als informatie of plannen al voorhanden zijn en samenwerking is geoefend. Deze toolkit wil daaraan bijdragen.
Wat vindt u in de toolkit?
De Toolkit PSH na aanslagen is opgebouwd in 4 delen:
1. Terrorisme en PSH
In het eerste deel wordt uitgelegd wat terrorisme is en PSH daarbij kan betekenen. Wat maakt een terroristisch incident nu daadwerkelijk verschillend van een gewone ramp of crisis, en wat vraagt dan van PSH?
2. Uitdagingen
Er zijn vijf grote uitdagingen naar voren gekomen waar we dieper op ingaan:
- Zelfredzaamheid of pro-actie: zowel in de acute fase als in de nafase van terrorisme blijken getroffenen veel minder zelfredzaam dan gedacht, wat vraagt om een proactieve houding.
- Registratie: het registeren van aanwezigen in een opvanglocatie is slechts een beperkt gedeelte van de groep die ondersteuning nodig kan hebben. Waar is de rest van de getroffenen?
- Kwaliteit en continuïteit van hulpverleners: niet iedereen heeft ervaring met hulpverlening bij een aanslag. Hoe zorgt u voor continue en kwalitatieve hulpverlening?
- Getroffen samenleving: aanslagen raken maatschappij-breed aan democratische waarden en gevoel van veiligheid. De vraag “wie is slachtoffer?” is daardoor een stuk lastiger te beantwoorden.
- Rijk en regio: bij een ramp of crisis is een wettelijke taakverdeling. De meest effectieve zorg en ondersteuning vindt lokaal plaats, maar wie gaat wat doen als het regio overstijgend is?
3. Tips & Tools
Er is een aantal instrumenten ontwikkeld en verzameld. Onderverdeeld in voorbereiding, coördinatie & planning, en uitvoering & advies
4. Doelgroepen
Bij rampen en crises zullen veel verschillende doelgroepen betrokken zijn die psychosociale hulpverlening nodig hebben. De behoeften van deze doelgroepen lopen uiteen. We lichten een aantal doelgroepen uit die specifiek aandacht behoeven in de dienstverlening na aanslagen.
Totstandkoming van de toolkit
De Toolkit PSH na aanslagen bouwt voort op de algemene GGD toolkit PSH. Uitgangspunt is dat ook bij een aanslag zo veel mogelijk via de gebruikelijke structuren en uitgangspunten gewerkt wordt. De basis voor de toolkit zijn de lessen en ervaringen van landen om ons heen die met aanslagen te maken hebben gehad, aangevuld met kennis uit literatuur en met producten die in het buitenland zijn gebruikt. In het document vindt u meer informatie over de totstandkoming ervan.
Wie kunnen de toolkit gebruiken?
De toolkit richt zich primair op de GGD'en en haar ketenpartners die betrokken zijn bij het leveren van psychosociale hulpverlening na terrorisme:
- Bevolkingszorg (gemeente)
- Maatschappelijk werk
- Huisartsen
- Geestelijk verzorgers
- Ziekenhuispersoneel
- Andere betrokkenen zoals Rode Kruis
Met dank aan
Deze toolkit is ontwikkeld in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu.
"Het verschil tussen een terreuraanslag en een ‘gewone’ ramp, is dat een aanslag niet alleen gericht is op een specifieke organisatie maar in feite ook op de natie. (...) Een terreuraanslag vraagt andere dingen van leiderschap, samenwerking, verantwoordelijkheden, preparatie op community-niveau."