Blootstelling impactvol beeldmateriaal
Vooronderzoek
In 2014 is door ARQ Kenniscentrum Impact van Rampen en Crises, in samenwerking met TNO, een onderzoek uitgevoerd naar de mentale (werk)belasting van zeden- en kinderpornorechercheurs. Nu, ruim tien jaar later, signaleert onder andere het Landelijk Expertiseteam Seksuele Misdrijven dat de mentale impact van de blootstelling aan beeldmateriaal ernstiger wordt. Medewerkers geven vaker aan moeite te hebben met het bekijken van beelden. Vergelijkbare signalen komen vanuit afdelingen zoals Open Source Intelligence (OSINT), Dieren binnen Criminaliteit & Gebied Gebonden Politie (DCG) en Migratiecriminaliteit en Mensenhandel. Er lijkt sprake te zijn van een verandering in de frequentie en intensiteit van de blootstelling aan het materiaal. Het Landelijk Expertiseteam Seksuele Misdrijven heeft ARQ Kenniscentrum Impact van Rampen en Crises gevraagd deze veronderstelling te onderzoeken.
Een deskresearch naar bestaande documentatie, gevolgd door twee focusgroepen met deskundigen van de bovengenoemde afdelingen, laat zien dat er diverse sociaalmaatschappelijke oorzaken zijn voor de gesignaleerde toename in frequentie en intensiteit van de blootstelling aan beeldmateriaal. Enkele voorbeelden daarvan zijn het intensieve gebruik van smartphones, het wegvallen van content moderators op sociale media en de grensvervaging in de samenleving. Daarnaast blijken er grote verschillen te bestaan tussen de afdelingen als het gaat om de voorbereiding op het bekijken van beeldmateriaal, de omstandigheden waarin dit gebeurt en het monitoren van het welbevinden en de geboden nazorg. Er worden verschillende aanbevelingen gedaan, waaronder het bevorderen van kennisdeling tussen afdelingen en het uitvoeren van vervolgonderzoek gericht op het plotselinge en onverwachte karakter van het materiaal.