Rouw en trauma
Verwerking van traumatisch/onverwacht verlies van dierbare
Het verlies van een dierbare is voor de meeste nabestaanden een ingrijpende gebeurtenis. Als de rouwreacties heftig zijn en het dagelijks functioneren langdurig wordt beperkt, spreken we van een rouwstoornis. ARQ biedt hoogspecialistische diagnostiek en behandeling voor mensen die kampen met psychische klachten na traumatisch of onverwacht verlies.
De heftigheid en duur van rouwreacties verschillen per persoon. De meeste mensen hebben geen professionele hulpverlening nodig in hun rouwproces. Ongeveer 10% van de mensen ontwikkelt langdurige psychische problemen na het verlies van een dierbare. Het doel van de behandeling bij ARQ is om het traumatische verlies te verwerken en de rouwklachten te verminderen. Bij de ontwikkeling van rouwklachten en andere psychische problemen spelen de omstandigheden van het verlies vaak een rol. Bijvoorbeeld als:
- het verlies onverwacht of gewelddadig is geweest
- het een verlies van een kind of partner betreft
- er meerdere verlieservaringen in korte tijd zijn
- er een gebrek aan steun is
Kenmerken van een rouwstoornis zijn:
- aanhoudende gevoelens van verlangen
- gemis en intens verdriet
- voortdurend bezig zijn met de omstandigheden van het overlijden
- schuldgevoelens
- boosheid of schaamte
- het gevoel te hebben niet door te kunnen leven zonder de dierbare
- het gevoel te hebben een deel van zichzelf kwijt te zijn
Naast deze kenmerken kunnen er ook kenmerken van depressie en/of posttraumatische stressstoornis (PTSS) aanwezig zijn. We spreken bij comorbide rouwstoornis, PTSS en depressie vaak van traumatische rouw.
Behandeling traumatische rouw
Bij traumatisch verlies van een dierbare is men vaak genoodzaakt om actief te blijven en niet bij gevoelens stil te staan. Gevoelens over het verlies kunnen zo hevig zijn dat men er bang voor is. Mensen willen en kunnen dan niet loslaten. Het is onverdraaglijk om alleen te zijn, het missen doet steeds pijn.
Maar het onder controle houden van de gevoelens kost veel energie. Mensen raken uitgeput en worden vergeetachtig. Daarom is het nodig om het verdriet toe te laten en te aanvaarden dat het verlies heeft plaatsgevonden. De patiënt wordt in de behandeling gesteund om de realiteit van het verlies onder ogen te zien, het heftige verdriet toe te laten en de emotionele pijn te verdragen. Dit maakt het mogelijk om te verwerken, stil te staan bij wat het verlies betekent en ermee te leren leven.
ARQ biedt een poliklinisch en een één-daags dagklinisch behandelaanbod voor traumatische rouw. Op basis van de specifieke hulpvraag wordt vastgesteld voor welke behandeling de patiënt in aanmerking komt.
Poliklinische behandeling
Poliklinische behandeling vindt wekelijks plaats, online of op locatie, gedurende 6 tot 12 maanden. De afspraken zijn met een vaste therapeut en duren ongeveer 60 minuten. Als methodiek wordt Beknopte Eclectische Psychotherapie voor Traumatische Rouw (BEP-TG) of Narrative Exposure Therapy-Traumatic Grief (NET-TG) toegepast. Voor achterblijvers bij vermissing wordt gewerkt met exposure, cognitieve therapie en Acceptance and Commitment Therapy (ACT)/mindfulness.
Dagklinische behandeling
De dagbehandeling vindt wekelijks plaats op maandag en is deels individueel en deels in een groep (ongeveer 7-9 mensen). De voertaal is Nederlands, maar er kan een tolk worden ingezet. Er worden verschillende therapieën ingezet: individuele psychotherapie, groepspsychotherapie, sociotherapie, traumasensitieve yoga en vaktherapieën, zoals psychomotorische therapie en beeldende therapie. Het behandelprogramma bestaat uit 3 fasen, die elk 4 maanden duurt (12 maanden in totaal):
- Tijdens de eerste fase wordt groepsdynamische psychotherapie en vaktherapie aangeboden. Het doel is om inzicht in de klachten en behandelmotivatie te vergroten en nader kennis te maken met de behandeling. Ook worden lotgenoten met elkaar in contact gebracht en leert de patiënt vaardigheden tot veranderen te onderzoeken.
- Tijdens de tweede fase wordt wekelijkse individuele behandeling middels BEP-TG (NET-TG) en vaktherapieën aangeboden.
- De derde fase is gericht op het oppakken van doelen voor de toekomst, zoals het versterken van het sociaal netwerk en vertrouwen en het oppakken van werk of studie. Ook wordt toegewerkt naar afronding van de behandeling. Naast groepspsychotherapie en mindfulness wordt trajectbegeleiding door maatschappelijk werk aangeboden.
Tijdens de gehele behandeling heeft de patiënt individueel contact met de mentor, die het behandelproces van de patiënt bewaakt, de behandelevaluaties coördineert en de patiënt begeleidt tijdens de behandeling. Indien nodig is er individueel contact met de arts of psychiater, bijvoorbeeld over medicatie of nadere diagnostiek. Ook kan er, zo nodig, individueel contact zijn met de maatschappelijk werkende.
Na de poliklinische of dagklinische rouwbehandeling wordt het vervolg van de behandeling besproken. Doorgaans is dit terugverwijzing naar de (praktijkondersteuner van de) huisarts of behandeling in de basis- of specialistische ggz.
Wie kan worden aangemeld?
Patiënten kunnen bij ARQ Centrum'45 terecht als ze zijn doorverwezen voor specialistische behandeling na confrontatie met traumatisch verlies van een dierbare. Doelgroepen zijn:
- Nabestaanden én getroffenen van een ramp/verkeersongeval/moord
- Vluchtelingen, asielzoekers met verlies en/of vermissing van naasten
- Beroepsgerelateerde getroffenen met verlies van naasten
- Achterblijvers door vermissing
Aanmelden is mogelijk als de patiënt aan de onderstaande voorwaarden voldoet:
- De patiënt heeft een traumatisch verlies meegemaakt. Dit kan een onverwacht en/of gewelddadig verlies van een naaste zijn door oorlog, een misdaad of een andere geweldssituatie.
- De diagnose persisterende complexe rouwstoornis (PCRS), posttraumatische stressstoornis (PTSS) en/of depressie wordt overwogen of is gesteld.
- De patiënt wil hulp bij (onder andere) de verliesverwerking.
Consultatie aanvragen
Heeft u vragen over de behandeling van uw patiënt? Via 123Consultatie komt u in contact met een expert.
Wilt u uw patiënt verwijzen? Op deze pagina vindt u alle verwijsinformatie.